Samenvatting

Recensie door metal4ever op 05/12/2020
  • Uitgebracht door Eclips Records
  • Metalfans score70

Vergeleken met zijn twee voorgangers valt het nieuwe plaatje van Genus Ordinis Dei toch wat tegen. De band lijkt minder goed raad te weten bij de langere tracks en bovendien zorgt een overmaat aan technische inbreng voor een gebrek aan emotie en andere puur menselijke karaktertrekken.

Pluspunten

  • Een band die vooral op de kortere tracks tot volle ontplooiing komt
  • De torenhoge ambitie kan deze groep nog erg ver brengen

Minpunten

  • Een album waarop de techniek te sterk domineert
  • Op de langere tracks ontbreekt soms de samenhang

De Italiaanse groep Genus Ordinis Dei werd in 2009 opgericht en debuteerde in 2013 met het album The Middle waarop de band al meteen een opmerkelijke mate van maturiteit liet horen. De drijvende kracht achter deze band wordt gevormd door Tommaso Monticelli (gitaar, keyboards en songwriting) en vocalist Niccolo Cadregari, die beiden een hoge muzikale opleiding hebben gevolgd. De line-up wordt verder nog aangevuld met bassist Steven F. Olda en drummer Richard Meiz. De muzikale stijl wordt onder de noemer symfonische black metal ondergebracht en leunt enigszins aan bij die van hun landgenoten van Fleshgod Apocalypse en die van de Griekse formatie Scepticflesh. Dat wil dus zeggen zeer bombastische, theatrale en veelal snelle songs met diepe grunts en blastbeats, en die nog worden opgesmukt met orkestraties en koortjes. Scepticflesh is in dit subgenre zeker één van de  trendsetters en heeft in het verleden al een aantal albums afgeleverd die voor mijn part gerust als klassieker kunnen doorgaan, en Fleshgod Apocalypse bracht in 2019 Veleno uit, hun beste plaat tot nu toe. Maar toen Genus Ordinis Dei vier jaar na hun debuut hun tweede plaat Great Golden Dynasty uitbracht, voelden beide bands de hete adem van deze nieuwkomers ongetwijfeld in hun nek. Great Golden Dynasty is nog een stuk sterker dan The Middle en is vooral ook gevarieerder. Nieuwsgierigen moeten de track The Flemish Obituary, waarop alle registers worden opengetrokken, maar eens beluisteren. Tussendoortjes kwamen er nog in de vorm van de schitterende single Nemesis, met een gastbijdrage van zangeres Melissa VanFleet, en de Manowar cover Hail And Kill. Op 4 december verscheen dan het derde schijfje van deze Italianen dat de titel Glare Of Deliverance meekreeg en uitgebracht werd door het label Eclipse Records.

Aan de basis van dit nieuwe schijfje ligt het verzonnen verhaal van Eleanor, een jonge vrouw die verdacht wordt van hekserij, opgepakt wordt door de inquisitie, en vervolgens wordt ondervraagd, gemarteld en ten slotte op de brandstapel aan haar einde komt. Na het erg filmische instrumentale intro Ritual komt op de volgende track Hunt de muzikale pletwals reeds op volle kracht. Terwijl even later Edict en Examination door de speakers knallen wordt echt duidelijk hoe hoog de ambities van deze groep reiken. Toch is het maar de vraag of de band zich niet op een aantal nummers heeft vergaloppeerd. Met name op de langere tracks, en dat zijn er op dit schijfje nogal wat, laat de groep blijken niet altijd de juiste draai te kunnen vinden. Op de vorige albums stonden voornamelijk kortere, compacte songs, en daar blijkt men toch beter raad mee te weten. De beste tracks, Hunt en Torture, zijn dan ook niet toevallig de kortste nummers uit het nieuwe songmateriaal. Eerder jammer vind ik ook dat de band elk beetje spontaniteit heeft opgeofferd aan de geheel berekende techniek van de studioapparatuur. Daardoor krijgen we een steriele, afstandelijke sound waaruit alle passie is onttrokken. In tegenstelling met het eerdere werk wordt er op de nieuwe songs te pas en te onpas met achtergrondkoren en orkestraties rondgestrooid, hetgeen vooral tot uiting komt in de ruim zestien minuten durende afsluiter Fire. In deze extreem bombastische finale is alle samenhang zoek en het nummer voelt dan ook eerder aan als een stuurloos schip op een stormachtige oceaan, en dat ondanks een aantal zeer sterke passages.

Glare Of Deliverance is zeker geen slecht album, want daarvoor schuilt er teveel talent achter deze band. Lezers die het laatste studioalbum van Scepticflesh, Codex Omega, te gek vonden kunnen ook dit schijfje eens een kans geven, maar naar mijn mening verliezen deze beide albums veel van hun waarde door een 'overkill' aan technische arrangementen.  

 

 


Metalfans.be-nieuws in je facebook nieuwsfeed?